18
NEDERLANDS
Staat de wijzer van de manome-
ter in het rode bereik van de
gebruikte afzuigaansluitstukdia-
meter, dan moet de filter gerei-
nigd worden.
Aanwijzing: De bewaking van de minimum
volumestroom geschiedt op de stofvanger via
de meting van de onderdruk voor de
ventilator. Bij overschrijden van de
toegestane onderdruk gaat de wijzer naar het
rode bereik.
Ligt de diameter van het afzuigaansluitstuk
resp. van de minimum volumestroom bij de
stofproducerende machine tussen de
tabellenwaarden, dan is voor de bewaking
van de waarde de eerstvolgend grotere
diameter maatgevend.
In de volgende tabel zijn de verhoudingen
weergegeven:
Betekenis van de kolommen:
Kolom 1: Diameter van het
afzuigaansluitstuk op de
houtbewerkingsmachine.
Kolom 2: Minimum volumestroom bij 20 m/
sec in afzuigaansluitstuk.
Kolom 3: Mogelijke onderdruk bij begin van
de afzuigslang (2,5 m lang). Aansluiting
tussen stofproducerende machine en
stofvanger bij de minimum volumestroom. De
fabrikant van de houtbewerkingsmachine
geeft voor zijn machine de noodzakelijke
onderdruk aan. Deze waarde moet onder de
waarde van de stofvanger liggen, zodat de
houtbewerkingsmachine volgens de
voorschriften afgezogen kan worden.
Kolom 4: Gemarkeerde onderdruk op de
schaal van de manometer.
1234
(mm) (m
3
/h) (Pa) (Pa)
100 565 1020 1560
80 362 1460 1740
63 224 1680 1840
b.) Gebruik als stofzuiger
Met de toebehoren reinigingsmondstuk
bestelnr. 0913031270 kan de stofvanger ook
als stofzuiger voor het opzuigen van afgezet
houtstof of -spanen gebruikt worden en
voldoet daarbij ook aan de voorschriften voor
eiken- en beukenhoutstof.
De bewaking van de minimum volumestroom
geschiedt daarbij eveneens met de
manometer. Bij aansluitdiameter 100 mm van
het reinigingsmondstuk moet de filter
gereinigd worden, wanneer de wijzer van de
manometer in het rode bereik van de
gebruikte afzuigaansluitstukdiameter 100 mm
staat.
Staat de wijzer van de manometer in het rode
bereik, dan moet de filter gereinigd worden.
Na elk gebruik van het apparaat, echter ten
minste elke dag moet de filter gereinigd
worden.
1) Houtbewerkingsmachine uitschakelen
2) Stofvanger met aan/uit-schakelaar (6)
uitschakelen
3) Wachten tot het loopwiel van de ventilator
tot stilstand gekomen is (anders is de
reiniging onvoldoende).
4) Reinigingshendel (3) op de filterbehuizing
meerdere keren bedienen.
Mocht na de reiniging en de inbedrijfstelling
de wijzer van de manometer nog steeds in
het rode bereik staan:
1) Controleer of de maximale capaciteit van
het reservoir (8) bereikt is (bovenkant van
bovenste kijkvenster (9)). Eventueel
reservoir leegmaken (zie hoofdstuk 11).
2) Controleer of de afzuigslang verstopt is.
(zie hoofdstuk 13).
3) Is de gebruikte zuigslang te lang? Evt. de
zuigslang inkorten naar de gebruikelijke
2,5 m.
4) Zuigslang niet in te nauwe bochten
uitleggen om vernauwingen te vermijden.
5) Blijft de wijzer verder in het rode bereik,
dan moet de zakfilter vervangen worden
(zie hoofdstuk 11).
Een stofmasker dragen
(filtermasker met deeltjesfilter kl. 2).
Vermijd, dat niet betrokken
personen met stof belast worden.
Het leegmaken mag uitsluitend geschieden
op hiervoor bestemde plekken (afvoeren
conform plaatselijke voorschriften).
De spanenzak bij bereiken van de maximale
capaciteit van het reservoir (komt overeen
met de bovenkant van het bovenste
kijkvenster) eruit nemen en vervangen door
een nieuwe.
Volle spanenzak wegnemen:
1) Het vergrendelbare apparaatwiel
vastzetten.
2) Beide sluitingen (1) gelijktijdig omhoog
klappen: het reservoir (8) wordt neergela-
ten.
3) Reservoir naar voren eruit rollen.
4) Spanenzak voorzichtig afsluiten.
5) De spanenzak uit het reservoir tillen of
het reservoir over de rand kantelen en op
de grond leggen - de spanenzak kan op
deze manier gemakkelijker weggenomen
worden.
6) Reservoir weer plaatsen
Nieuwe spanenzak aanbrengen:
1) Nieuwe spanenzak in het reservoir
leggen (erop letten, dat de spanenzak zo
glad mogelijk tegen de reservoirwand ligt)
en zo mogelijk zonder plooien rondom ca.
6-10 cm over de reservoirrand omslaan.
2) De spanenzak moet in het bereik van het
kijkvenster glad liggen, zodat de mate
van vulling afgelezen kan worden.
3) Reservoir onder de stofvanger rollen.
4) Beide sluitingen (1) gelijktijdig sluiten:
het reservoir wordt opgetild en afdichtend
verbonden met de stofvanger.
Na een langere gebruiksduur gaat de zakfilter
door diepe afzetting van zeer fijn stof in de
poriën langzaam dicht zitten. De
reinigingsinrichting kan dit binnengedrongen
stof niet meer verwijderen. In dit geval moet
de zakfilter vervangen worden. Reservefilter
zie hoofdstuk 13.
Degene die dit werk uitvoert, moet
een stofmasker (filtermasker met
deeltjesfilter klasse 2) en een
geschikte oogbescherming dragen.
Er moet vermeden worden, dat niet betrokken
personen met stof belast worden.
1) Stekker uit het stopcontact trekken
2) Het vergrendelbare apparaatwiel
vastzetten.
3) Filter nogmaals grondig reinigen door
bedienen van de hendel (3).
4) Beide sluitingen (1) gelijktijdig omhoog
klappen: het reservoir (8) wordt neergela-
ten.
5) Reservoir naar voren eruit rollen.
6) Het is aan te raden, de stofvanger
voorzichtig op de achterkant te leggen
voor een betere bereikbaarheid van de
delen. Wordt de stofvanger niet op zijn
achterkant gelegd, dan is een ladder
nodig.
7) Binnenin de filterbehuizing (d): de 5
zeskantmoeren (g) eruit schroeven (SW
10) en de wisserarmen (f) van de
schudstang (h) wegnemen.
8) Versleten wisserrubbers (e) vervangen.
9) De schroef (j) (Torx 20) eruit draaien en
samen met onderlegplaatje (i)
verwijderen.
10) Schudstang (h) eruit trekken.
11) Stergreep (a) op filterdeksel eruit draaien.
Filterdeksel (b) wegnemen.
12) Met een scherp mes de siliconen
afdichting tussen zakfilterdeksel (c) en
filterbehuizing (d) doorsnijden. Zakfilter
naar boven toe eruit trekken, in een
spanenzak bestelnr.0913059433 zetten,
deze afsluiten en overeenkomstig de
plaatselijke voorschriften afvoeren.
13) Nieuwe zakfilter (c) plaatsen - letten op
juiste positie van schudstang.
14) Nieuwe siliconen afdichting aanbrengen
en laten uitharden/fuseren (min. 6 uur) -
tevoren niet inschakelen of afschud-
den.
15) Montage in omgekeerde volgorde.
Wijzer van de manometer staat in het rode
bereik: zie hoofdstuk "10 Filterreiniging", "9
Bewaking van de minimum volumestroom"
Als tijdens gebruik de volumestroom van de
stofvanger zeer klein wordt resp. helemaal
ophoudt, dan is waarschijnlijk de
aanzuigslang verstopt.
Een stofmasker (filtermasker met
deeltjesfilter, filterklasse 2) dragen.
Voor het verhelpen van de
verstopping de slang wegnemen en
in een ruimte met afzuiging of in de
buitenlucht brengen. De slang verticaal
houden of ophangen. Van buiten licht tegen
de slang kloppen, zodat het in de slang
vastzittende stof loslaat. Dit werk moet
zonder belasting van niet betrokken personen
geschieden.
De stofvanger is uitgerust met een
overbelastingsbeveiliging, die de stofvanger
uitschakelt ter voorkoming van schade. Zoek
9 Filterreiniging
10 Afvoeren van opgevangen materiaal
11 Vervanging van zakfilter
12 Verhelpen van storingen
a
b
c
d
e
f
g
h
i
j