Philips M1194A Stud Sensor User Manual


 
33
Vinger- (of teen-) sensors
aanbrengen
Vingersensors voor volwassenen
Alle vingers behalve de duim, bij patiënten van meer
dan 50 kg.
A-Serie: M1191A of M1191AL
Special Edition (SE) A-Serie: M1191ANL
B-Serie: M1191B of M1191BL
Pediatrische vingersensors
Alle vingers behalve de duim, bij patiënten tussen 15 kg en 50 kg.
A-Serie: M1192A
Special Edition (SE) A-Serie: M1192AN
Vinger- (of teen-) sensors voor baby's
Alle vingers of tenen (behalve de duim) bij patiënten tussen 4 kg en 15 kg.
De diameter van de vinger of de teen moet 7-8 mm zijn (0,27 - 0,31")
A-Serie: M1195A, of
Special Edition (SE) A-Serie: M1195AN
Stap De vinger- (of teen-) sensor aanbrengen
1 Kies de juiste sensor voor het formaat van de patiënt (hierboven
gedefinieerd).
2 Plaats de sensor op de vinger van de patiënt. Let er bij een sensor voor de
vinger van een volwassene op dat de sensorkabel OP de vinger/hand wordt
geplaatst, zoals hierboven te zien is.
3 De vingertop van de patiënt moet het uiteinde van de sensor raken, maar
mag er niet doorheen steken. Knip de vingernagel als dat nodig is om de
sensor goed te kunnen plaatsen.
4 Maak bij het aanbrengen van een vingersensor voor volwassenen de kabel
vast op de RUG VAN DE HAND met een M1627A-polsband (alleen bij
vingersensors voor volwassenen geleverd).
5 Sluit de sensor aan op het instrument (of, als dat nodig is, op de
adapterkabel).
6 Controleer de sensorplek regelmatig en breng de sensor regelmatig op een
andere plek aan.
bevestiging bij
volwassenen afgebeeld