19
Nederlands
Meet echter hoeveel het zaagblad wordt uitgetrokken
om de zaagdiepte juist in te stellen. De
schaalmarkering dient namelijk uitsluitend ter
referentie. Zet de klemhendel na het instellen weer
goed vast.
2. Plaatsen van de splijtwig:
(1) Plaats de basisplaat omhoog gericht en los de
klemhendel. Til de basisplaat omhoog totdat de
snijdiepte van het hoofdtoestel in de minimale stand
is. Zet vervolgens eerst de klemhendel vast en
daarna de basisplaat. (Afb. 2)
(2) Plaats de splijtwig stevig aan de arm met de 2
bijgeleverde bouten. (Afb. 3)
3. Het instellen van de splijtwig:
De zeskantige schroef, die met de splijtwig
vastgeklemd is, wordt losgemaakt, de splijtwig wordt
in de in Afb. 4 aangeduidde stand gebracht en de
moer wordt vastgedraaid. Na het instellen moet er
gecontroleerd worden, of de splijtwig zich beweegt
volgens de ingestelde zaagdiepte.
4. Instellen van de hoek voor verstekzagen
Zoals u in Afb. 5 ziet, moet u eerst de vleugelbout
op de schaal losdraaien en vervolgens de
vleugelbout (Afb. 2) op de achterkant van de
basisplaat om de zaaghoek in te stellen. De zaaghoek
kan in verhouding tot de basisplaat tot maximaal
45° worden gesteld. Kontroleer dat na het instellen
de vleugelmoeren weer goed zijn vastgedraaid.
5. Instellen van de parallelgeleider (Afb. 6)
De zaagstand kan worden ingesteld door de geleider
naar links of rechts te draaien nadat de vleugelbout
is losgedraaid.
De parallelgeleider kan aan de rechter- of linkerkant
van de basisplaat zijn aangebracht.
ZAGEN
1. Plaats de zaagkast (basisplaat) op het hout en breng
de voorgemarkeerde lijn in lijn met het zaagblad.
Gebruik hiervoor de streep op de voorkant van de
basisplaat. Breng in lijn met de voorgemarkeerde
lijn aan de rechterkant indien het zaagblad niet
hellend is, of met de voorgemarkeerde lijn aan de
linkerkant indien het zaagblad hellend (45°) is. (Afb.
6)
2. Er moet op gelet worden, dat de schakelaar op
„AAN” staat, voordat het zaagblad met het zaaghout
in aanraking komt. De schakelaar wordt ingeschakeld,
wanneer de knop ingedrukt wordt en uitgeschakeld,
wanneer de knop losgelaten wordt.
3. Door de ronde zaag recht met een passende snelheid
te verplaatsen, zal het resultaat optimaal zijn.
LET OP
⅜ Voordat men begint te zagen, moet het zaagblad
de volle draaisnelheid bereikt hebben.
⅜ Blijft het zaagblad hangen of het maakt een
ongewoon geluid, dan moet de schakelaar
onmiddellijk uitgeschakeld worden.
⅜ Het snoer mag nooit in de buurt van het
draaiende zaagblad komen.
HET AANBRENGEN EN VERWIJDEREN VAN
HET ZAAGBLAD
LET OP
Voorkom ongelukken en kontroleer dat de schakelaar op
OFF is gedrukt en de stekker uit het stopkontakt is
getrokken.
1. Verwijderen van het zaagblad
(1) Stel de maximale zaagdiepte in en plaats de ronde
zaag zoals u in Afb. 7 ziet.
(2) Druk de borghendel in om de as te vergrendelen
en verwijder de zeshoekige bout met de bijgeleverde
sleutel door deze naar links te draaien.
(3) Houd de hendel van het beschermdeksel vast zodat
het beschermdeksel geheel in de zaagbeveiliging
geklapt is en verwijder tegelijk het zaagblad.
2. Monteren van het zaagblad
(1) Verwijder stof en zaagsel van de as, bouten en
sluitringen.
(2) Ga vervolgens op een van de volgende wijzen te
werk afnajkelijk van de binnendiameter van het
zaagblad.
(a) Bij een zaagblad met een binnendiameter van
25 mm (Afb. 8 (a))
Monteer het zaagblad tegen onderlegschijf (A).
De holle kant van onderlegschijf (B) moet dan
tegen het zaagblad liggen. De diameter van
onderlegschijf (A) komt overeen met de
binnendiameter van het zaagblad.
(b) Bij een zaagblad met een binnendiameter van
30 mm (Afb. 8 (b)).
Monter de adapterring tegen onderlegschijf (A).
De diameter van de schijf is identiek aan de
binnendiameter van de ring. Monteer het
zaagblad vervolgens tegen de adapterring zodat
de holle kant van onderlegschijf (B) tegen het
zaagblad ligt.
(3) Kontroleer de juiste draairichting van het zaagblad.
De pijl op het blad moet overeenkomen met de pijl
die op de afdekking van de zaag is gedrukt.
(4) Draai de zeshoekige bout die het zaagblad vastzet
met de hand stevig vast. Druk vervolgens op de
borghendel, vergrendel de as en draai de bout
stevig vast.
LET OP
Nadat u het zaagblad heeft gemonteerd, moet u nogmaals
kontroleren dat de borghendel stevig in de originele
stand is gedrukt.
ONDERHOUD EN INSPECTIE
1. Inspectie van het zaagblad:
Aangezien het prestatievermogen verminderd wordt
door een bot zaagblad en hierdoor een mogelijke
weigering van de motor veroorzaakt kan worden,
moet een bot zaagblad meteen vervangen worden
zodra de slijtage vastgesteld wordt.
2. Inspectie van de bevestigingsschroef:
Alle bevestigingsschroeven worden regelmatig
geinspecteerd en gecontroleerd of zuj juist
aangedraaid zijn. Wanneer één van de schroeven
lopstraakt, dan moet deze onmiddellijk opnieuw
aangedraaid worden. Gebeurt dat niet, dan kan dat
tot aanzienlijke gevaren leiden.