17
NEDERLANDS
Verklaring van het onderdelenoverzicht
TECHNISCHE GEGEVENS
Model 7104L
Capaciteiten
Max. gatlengte (langsrichting) .......................130 mm
Max. gatdiepte...............................................155 mm
Breedte van toepasbaar werkstuk
.....80 mm – 308 mm
Kettingsnelheid (min
-1
) ............................................300 m
Afmetingen (L × B × H).......512 mm × 298 mm × 513 mm
Netto gewicht............................................................ 17 kg
Veiligheidsklasse .................................................. Klasse I
• Als gevolg van ons doorlopende onderzoeks- en
ontwikkelingsprogramma, zijn de technische gegevens
van dit gereedschap onderhevig aan veranderingen
zonder voorafgaande kennisgeving.
• Opmerking: De technische gegevens kunnen van land
tot land verschillen.
Gebruiksdoeleinden
Het gereedschap is bedoeld voor het frezen in hout.
Voeding
Het gereedschap mag uitsluitend worden aangesloten op
een voeding met dezelfde spanning als aangegeven op
het identificatieplaatje en werkt alleen op enkele-fase
wisselstroom. Dit gereedschap moet tijdens gebruik zijn
geaard om de gebruiker te beschermen tegen elektrische
schokken. Gebruik uitsluitend verlengsnoeren met drie
draden die zijn voorzien van geaarde stekkers en geaarde
stopcontacten waarin de stekker van het gereedschap
past.
AANVULLENDE
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
1. Gebruik dit gereedschap uitsluitend om gaten in
hout te maken.
2. Dit gereedschap is voor het maken van gaten in
hout met een vlak oppervlak. Gebruik het nooit
voor het maken van gaten in rond hout.
3. Draag gehoorbescherming.
4. Hanteer de freesketting voorzichtig. Hij is erg
scherp.
5. Plaats het werkstuk op houten blokken of korte
palen om te voorkomen dat de freesketting de
grond, voer, enz., raakt waardoor deze beschadigd
raakt op het moment dat het gat doorbreekt.
6. Controleer de freesketting voorzichtig op barsten
of beschadigingen voordat u deze bedient.
Vervang een gebarsten of beschadigde
freesketting onmiddellijk.
7. Bevestig het gereedschap zorgvuldig op het
werkstuk.
8. Controleer voor gebruik op spijkers en vreemde
voorwerpen in het werkstuk, en verwijder deze
indien aanwezig.
9. Bedien het gereedschap niet terwijl de
veiligheidsafdekking geopend is.
10. Draag geen handschoenen tijdens het gebruik.
11. Houd uw handen uit de buurt van bewegende
delen.
12. Verwijder na gebruik het gereedschap vanaf het
werkstuk om te voorkomen dat deze ervanaf valt
en mogelijk letsel veroorzaakt.
13. Behandel het snoer niet ruw. Ruk niet aan het
snoer om zo de stekker uit het stopcontact te
trekken. Houd het netsnoer uit de buurt van hitte,
olie, water en scherpe randen.
14. GOEDE AARDING Dit gereedschap moet tijdens
gebruik zijn geaard om de gebruiker te
beschermen tegen elektrische schokken.
15. VERLENGSNOEREN Gebruik uitsluitend
verlengsnoeren met drie draden die zijn voorzien
van geaarde stekkers en geaarde stopcontacten
waarin de stekker van het gereedschap past.
Vervang of repareer een beschadigd snoer
onmiddellijk.
1. Vleugelmoer
2. Aanslagstang
3. Aanslag
4. Uit-vergrendelknop
5. Aan/uit-schakelaar
6. Stelbout
7. Kettingstang
8. Kettingdeksel
9. Zeskantbout
10. Pijl
11. Tandwiel
12. Hendel (A)
13. Bankschroefhendel
14. Achterbankschroef
15. Instelhandvat
16. Voorbankschroef
17. Aanwijzer
18. Aanwijsplaat
19. Freeslijn (A)
20. Freeslijn (B)
21. Vergrendelhaak
22. Zeskantbouten
23. Meetplaat
24. Afgelegde afstand (D)
25. Hendel (B)
26. Hendel (C)
27. Zeskantbout voor het afstellen van
stelstand 1
28. Zeskantbout voor het afstellen van
stelstand 2
29. Oorspronkelijke stand
30. Stelstand 1
31. Stelstand 2
32. Liniaal
33. Voorkant
34. Slijtgrensmarkering
35. Koolborsteldop
36. Schroevendraaier